met ‘Zekerheid weggeslagen – en herwonnen'(Clemens non Papa,Descartes,Anselmus)van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Die relatie wordt nu directer en dat betekent op termijn dat het accent verschuift van het brede kerkelijke kader naar de individuele persoon van de gelovige zelf. Er loopt in dat opzicht een rechtstreekse lijn van Clemens naar de aria’s in de passies van Bach,eveneens geschreven in de taal van het volk:’Ik wil U mijn hart schenken,/Vervul het,mijn heil,van U./Ik wil in U verzinken./Is U de wereld zelfs te klein,/Ach,dan moet U voor mij alleen/Meer dan wereld en hemel zijn.’ Dat brengt God dichterbij – gevaarlijk dichtbij zelfs,want zoals we zullen zien leidt die intimiteit op de lange duur paradoxaal genoeg juist tot een afsterving van het geloof. Met de Reformatie kwam er heel voorzichtig een verschuiving op gang in de plaats die de mens innam in het hele gebouw van hemel-en-aarde. Vooralsnog bleef dat nog helemaal van godsdienst dooraderd. In veel opzichten kun je zelfs zeggen dat de Reformatie een verheviging van het religieuze bewustzijn betekende. De moderniteit die haar geloof verloren heeft,lijkt hier dus nog ver weg.'(bladzijde 29-30) Wordt vervolgd. Nu weer verder met de reeks ‘Splendor of de metafysica van het licht’ gedicht 2 van H.C. ten Berge uit de bundel ‘Splendor’. ‘Aquino,Duns Scotus,Robert Grosseteste -/zij slepen een taal van verfijnde gedachten,/beschreven de tover en gelaagdheid van het licht,/breking en kleur,vorm en getal,/claritas en visio,klaarheid en doorgronding/ van het raadselachtig schijnsel/ uit een goddelijk heelal./Bovenaardse gloed,maar ook innerlijke vlam/die opstijgt uit de kern der dingen/en de warmte van een menselijk hart.'(bladzijde 59) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Lucebert uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’. Titel:’in memoriam ferdi’. ‘uitgezaaid in de wildernis van onze herinneringen/steeds weerkerend even irenies als intrepide/deze kleine wilde tijgerlelie die zij al/hier in haar zelfgemaakte lustwaranda was'(bladzijde 500) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd.